Onze samenleving verandert en kerken veranderen mee. Over het succes van megakerken, de opmars van het netwerkchristendom, lokale samenwerking en de stadskerk als wenkend perspectief.
Mega of kleinschalig
Er doet zich iets merkwaardigs voor onder westerse christenen: terwijl een groot deel zich vergaapt aan het succes van allerlei megakerken in de wereld, moet een ander groot deel juist niets meer hebben van welk kerkinstituut dan ook. Zo enthousiast als het ene deel de kerkmodellen van Rick Warren en Bill Hybels overneemt, zo enthousiast genieten anderen ervan dat zij aan geen enkel model meer gebonden zijn. Deze anderen zoeken het onderling contact juist in de kleinschaligheid van een huisgemeente of in de kruimeligheid van een netwerk.
Wat heeft de toekomst: de megakerk of de huisgemeente, het instituut of het netwerk? In onze tijd wordt vaak geprobeerd de kracht van megakerken en huisgemeenten te combineren door het laatste in de vorm van ‘kringen’ of ‘celgroepen’ in het eerste onder te brengen. Ook wordt vaak geprobeerd de instituten tot netwerken te verenigen. Maar daarmee lijkt de klus nog niet geklaard: steeds meer christenen keren het hele verschijnsel ‘kerkinstituut’ de rug toe.
Drieluik
Dit is een drieluik over maatschappelijke ontwikkelingen die hun weerslag hebben op het ‘kerkelijk leven’. In het eerste deel richt ik mij op het verband tussen onze mobiele samenleving en het succes van megakerken. Het tweede deel is gewijd aan het verband tussen onze postindustriële samenleving en de opmars van het netwerkchristendom. In het derde deel waag ik mij aan de beschrijving van een ‘win-win kerk’, waarin de organisatorische kracht van megakerken gecombineerd wordt met de organische kracht van netwerken en huisgemeenten. Ik beperk mij in dit alles tot de westerse protestantse kerken.
Deel 1: van dorpskerk naar megakerk
Deel 2: van megakerk naar netwerk
Deel 3: van megakerk en netwerk naar stadskerk